Zelfgebakken croissants

Bereiden

Meng de bloem, suiker en 10 g zout in een kom. Wrijf verse gist erboven fijn. Meng de gist en melk al roerend door het bloemmengsel. Laat dit 15 minuten staan. Kneed het deeg op een met olijfolie bestreken werkvlak 10 minuten door tot het soepel en elastisch is. Vorm het deeg tot een bal en leg deze terug in de kom. Laat het deeg, afgedekt met plasticfolie, op een warme plek 45-60 minuten rijzen tot het volume is verdubbeld. Leg het deeg weer op het werkvlak en druk alle lucht eruit. Leg het terug in de kom en laat het afgedekt in de koelkast 6-8 uur rusten.

Neem het deeg uit de koelkast en druk het op een met bloem bestoven werkvlak uit tot een kruis, waarvan het middenstuk zo'n 12 cm groot is. Leg een kwart van de klontjes boter in het middenstuk en vouw de andere deegstukken er één voor één over, en leg er steeds een kwart van de boterklontjes tussen. Rol het deeg uit tot een lap van 25 x 50 cm, zorg dat de boter er niet tussenuit wipt. Vouw de lap in drieën, rol hem opnieuw uit en vouw weer in drieën. Wikkel het deeg in plasticfolie en laat het in de koelkast 30 minuten rusten. Herhaal het uitrollen en rusten nog 2 keer en laat het deeg tot slot een nacht in de koelkast rusten.

Rol het deeg hierna opnieuw uit tot een lap van 45 x 35 cm en 5 mm dik. Snijd het deeg in 6 rechthoeken en snijd deze diagonaal in driehoeken. Rol de driehoeken losjes op, begin aan de lange, smalle kant. Leg de rolletjes op een met bakpapier beklede bakplaat en dek ze af met een met bloem bestoven doek. Laat de croissants nog 1-1½ uur rijzen.

Verwarm de oven voor op 200 °C. Bestrijk de croissants met ei en schuif de bakplaat in het midden van de oven. Bak de croissants in 15-20 minuten goudbruin en gaar.

Extra benodigd

Plasticfolie, bakpapier