Appelbeignets met kaneelpoeder

Bereiden

Bereid het beslag voor de beignets. Smelt de boter. Meng de bloem met de basterdsuiker en schenk het mengsel daarna in een diepe schaal. Breek 2 eieren in het midden, voeg de gesmolten en enigszins afgekoelde boter toe. Doe de bloem er beetje bij beetje bij en schenk daarna het bier en de melk erbij. Het beslag moet vloeibaar zijn, maar een beetje dikker dan beslag voor pannenkoeken.

Schil de appels. Verwijder vervolgens het klokhuis met een appelboor, snijd de appels daarna in plakjes van ½ cm dik.

Verhit de frituurolie tot 170 °C. Haal de appelschijfjes door het beignetbeslag wanneer de olie heet is en dompel ze daarna in het frituurvet. Bak ze in 4 minuten goudbruin, haal ze met een schuimspaan uit het vet en leg ze op een plat bord met absorberend keukenpapier.

Meng de kristalsuiker met de kaneel. Bestrooi de beignets één voor één met dit mengsel. Eet de beignets wanneer ze nog lekker warm en knapperig zijn.

Tip

Bak niet te veel beignets tegelijk, want hierdoor wordt het frituurvet minder heet. Wanneer de olie niet heet genoeg is, schroeien de beignets niet dicht en nemen ze veel olie op voordat ze gaar zijn. Om te controleren of het frituurvet op de juiste temperatuur is, doet u er een dessertlepeltje beslag in. Het beslag moet onmiddellijk naar de oppervlakte komen drijven en zeer snel goudbruin worden, waarbij belletjes worden gevormd.