Krieltjessalade

Bereiden

Verwarm de oven voor op 220 °C.

Spoel de krieltjes grondig en schrob eventuele vuile plekjes schoon. Laat de kleintjes heel, snijd de grotere exemplaren in 2 of 3 stukken en spoel nogmaals. Stort de krieltjes op een schone keukenhanddoek en dep ze droog.

Stort de krieltjes op een grote bakplaat of in een braadslede. Schep ze om met de rijstolie, knoflook, rozemarijn en voldoende versgemalen zwarte peper en grof zeezout. Verspreid ze over de bakplaat, zodat ze niet of zo weinig mogelijk op elkaar gestapeld liggen. Plaats 15 à 20 minuten in de oven tot ze gaar zijn en hier en daar een kleurtje hebben gekregen. Laat afkoelen.

Snijd de lente-uitjes intussen in dunne ringetjes (of hak de bieslook fijn), hak de bladpeterselie fijn en snijd de augurkjes in kleine stukjes. Schep de krieltjes om met al deze smaakmakers en bewaar koel.

Maak de worteltjes van de veldsla los (met je vingers gaat dit veel sneller dan met een mes) en schep de blaadjes door de aardappelen. Serveer!

Opmerking

Deze krieltjessalade is eigenlijk een aardappelsalade 2.0. Door de krieltjes op hoge temperatuur te roosteren worden ze supersmaakvol met hun goudbruine jasje en zachte binnenkant. Je kunt deze salade gerust vooraf maken. Voeg de veldsla dan pas vlak voor het serveren toe.