Paddenstoelensoep met gegrilde kip en cavolo nero

Ingrediënten

• 500 g gemengde wilde paddenstoelen (cantharellen, eekhoorntjesbrood, trechtercantharellen, hoorn-des-overvloeds oftewel zwarte trompet)
• 1 sjalot
• 1 teentje knoflook
• 5 takjes tijm
• 2 eetlepels olijfolie

• 100 ml droge sherry
• 1 liter kippenbouillon
• 2 kipfilets
• 4 bladeren cavolo nero (palmkool)
• 30 g parmezaan, geraspt

Bereiden

Maak de paddenstoelen schoon met keukenpapier, een borsteltje of een klein schilmesje. Spoel ze zo nodig af met een beetje water en laat ze drogen. Snijd ze in grove stukjes. Pel de sjalot en knoflook en hak ze fijn.

Bak de paddenstoelen, sjalot, knoflook en tijm in olijfolie tot de paddenstoelen een beetje kleur hebben en voeg naar smaak peper en zout toe. Giet de sherry erbij, laat ongeveer tot de helft inkoken en voeg dan de kippenbouillon toe. Laat de bouillon 10-15 minuten koken, zodat de paddenstoelen hun smaak afgegeven hebben maar nog wel stevig zijn. Vis de takjes tijm uit de pan en laat de bouillon even staan om de smaken op elkaar te laten inwerken terwijl je de kipfilets bakt.

Verhit een grillpan. Besprenkel de kipfilets met olie, strooi er zout en zwarte peper uit de molen over en bak ze ongeveer 5-6 minuten aan elke kant, tot ze een mooi krokant korstje hebben maar van binnen nog lekker sappig zijn. Neem de kipfilets uit de pan, laat ze 5 minuten rusten en snijd ze in plakjes.

Was de cavolo nero, laat de bladeren goed uitlekken en snijd ze in grove snippers.

Verdeel de plakjes kipfilet over vier soepkommen of diepe borden.

Warm de paddenstoelenbouillon op, voeg zo nodig naar smaak een beetje extra zout en peper toe en schep de kommen vol. Garneer de soep met de snippers cavolo nero en parmezaan, en ga meteen aan tafel.

Geschikt als voorgerecht, met een stuk goed brood, maar ook in een grote kom als hoofdgerecht.