Kabeljauw op een bedje van witlof en prei

Ingrediënten

• 4 stengels prei
• 12 vastkokende aardappelen
• 1 eetlepel boter
• 4 stronkjes witlof, in stukjes

• 1 citroen
• 2 eetlepels (light)room
• 4 moten kabeljauw (150 g elk)
• 4 takjes dille

Bereiden

Maak de prei schoon. Behoud van één preistengel alleen het wit, van de andere stengels het wit en een deel van het loof. Snijd de witte prei zorgvuldig in lange, smalle repen, de andere preistengels in ringetjes.

Blancheer de preirepen heel kort in gezouten water, schep ze uit de pan en houd ze warm.

Leg de aardappelen in het blancheerwater van de prei en laat ze 20 minuten koken.

Verhit de boter in een pan, voeg de preiringetjes en het witlof toe en laat even fruiten op een middelmatig vuur tot de groenten beginnen te slinken.

Snijd de citroen doormidden. Pers één helft uit en snijd de andere helft in 4 plakjes.

Voeg het citroensap, peper en zout toe, dek de pan af en laat 15 minuten zachtjes stoven.

Voeg daarna de room toe, roer goed en laat nog even doorkoken op een hoger vuur.

Verhit een grillpan met antiaanbaklaag. Bak er de moten kabeljauw in zonder vetstof (reken 6 minuten aan elke zijde). Kruid ze met peper en zout.

Verdeel de gestoofde groenten over warme borden en schik er een moot vis bovenop. Versier met een takje dille, een plakje citroen en geblancheerde preireepjes. Geef de aardappelen er apart bij.